-
Waaraan
is het woord 'Alverzoening' ontleend?
-
Op
welke andere Bijbelse argumenten steunt het geloof in Alverzoening?
-
Houdt
Alverzoening een ontkenning in van het toekomstig oordeel?
-
Wat
gebeurt er met de goddeloze na het sterven?
-
Dat
God wil dat alle mensen gered worden wil toch niet zeggen dat dit ook daadwerkelijk
zal gebeuren?
-
Wat
moeten we met teksten waar gesproken wordt over 'eeuwig oordeel' e.d.?
-
Wat
zeggen bekende naslagwerken over de betekenis van het woord 'eeuwigheid'
in de Bijbel?
-
Bewijst
Mattheüs 25:46 dat aan de eeuwige straf evenmin een einde komt als
aan het eeuwige leven?
-
Gaat
het eeuwige leven ook voorbij?
-
Leidt
de gedachte dat alles uiteindelijk toch goed komt niet tot een onverschillig
leven?
-
Waarom
zouden we aan anderen het Evangelie vertellen als zij toch wel gered zullen
worden?
-
Is
bij de meeste mensen die in Alverzoening geloven de wens niet de vader
van de gedachten?
-
Pleit
de kerkgeschiedenis niet tegen de leer van de Alverzoening?
-
Is
het voor een simpele Bijbellezer niet erg ingewikkeld om Alverzoening te
ontdekken?
-
Moet
de Alverzoening ook gepredikt worden?
-
Is
de tweede dood geen definitieve vernietiging?
-
Ontnemen
we aan het toekomstig oordeel niet de ernst wanneer er tóch een
einde aan komt?
-
Laten
de laatste hoofdstukken van de Bijbel Alverzoening zien?
-
Wat
betekent 'weder verzoenen' in Kol.1:20?
-
Wordt
in Kolossenzen 1:20 een beperking gemaakt door wat onder de aarde is er
niet bij te noemen?
-
Wil
Filippenzen 2:11 niet gewoon zeggen dat eens alle tong gedwongen zal
belijden dat Jezus Heer is?
-
Zijn
de 'allen' in allerlei zgn. 'alverzoeningsteksten' niet slechts al de gelovigen?
-
Bewijst
Johannes 3:36 dat aan de toorn van God geen einde komt?
-
Wil
1 Korinthiërs 15:22 zeggen dat alle mensen zullen opstaan?
-
Heeft
God Zich ook met ongelovigen verzoend?
-
Wat
is de hel?
-
Verkondigde
de Here Jezus een uiteindelijke Alverzoening?
-
Wat
gebeurt er met de duivel?
-
Wat
is de Poel van Vuur?
-
Wordt
de dood teniet gedaan wanneer ze in de Poel van Vuur wordt geworpen (Openbaring
20:14)?
-
Wat
betekent 'ziel en lichaam verderven in de hel' (Mattheüs 10:28)?
-
Kunnen
sommigen nooit meer tot inkeer komen (Hebreeën 6:4-8 en 10:26)?
-
Leert
Openbaringen 14:11 een eindeloze pijniging?
-
Bewijst
Lucas 1:33 dat Christus "zonder einde" heerst?
-
Hoe
kan 'eeuwig' in Rom.16:26 en 2Kor.4:18 tijdelijk zijn?
-
Zijn
"alle mensen" van Rom.5:18 misschien niet letterlijk allen maar "zeer velen"(:19)?
-
Wat
betekent de pijniging van de rijke man in Lucas 16:19-31?
-
Voor
één bepaalde zonde bestaat toch geen vergeving in eeuwigheid
(Marcus 3:29)?
-
Leert
de Bijbel een 'tweede kans'?
-
Leert
1 Timotheüs 4: 10 niet slechts dat God een Heiland is vóór
alle mensen?
1
Waaraan is het woord 'Alverzoening' ontleend?
Het woord Alverzoening
is ontleend aan Kolossenzen 1:20. Daar schrijft Paulus dat door het bloed
van het Kruis eens ALLES wederzijds verzoend zal worden. (zie vraag
19
en 20).
top
2
Op welke andere Bijbelse argumenten steunt het geloof in Alverzoening?
- Zoals door één
mens alle mensen zijn veroordeeld zo zullen ook door één
Mens alle mensen worden gerechtvaardigd. (Rom.5:18; zie
vraag 36)
- Gód wil
dat
alle mensen gered worden.(1Timotheüs 2:4; zie vraag
5)
- De levende God is
een
Redder van alle mensen. (1 Timotheüs 4:10; zie vraag 11
en 40)
- Alle tong zal van
harte belijden dat Jezus Christus Heer is tot eer van God de Vader.(Filippenzen
2:11; zie vraag 21)
- De dood zal als
laatste vijand worden teniet gedaan waarna God alles in allen wordt.(1
Korinthiërs 15:22-28; zie vraag 18 en 24)
-God heeft allen
onder ongehoorzaamheid besloten om zich over allen te ontfermen.
(Rom.11:32)
Andere, in dit verband
belangwekkende uitspraken zijn:
- Christus Jezus gaf
Zichzelf tot een losprijs voor allen. (1 Timotheüs 2:6)
- Jezus Christus is
de Redder der wereld. (Joh.4:42)
- Jezus Christus is
een verzoening niets slechts voor onze zonden maar voor de gehele wereld.
(1 Johannes 2:2)
- God zoekt het verlorene
totdat Hij het vindt (Lucas 15:4)
- God laat niet varen
de werken Zijner handen. (Psalm 138:8)
- etc.
top
3
Houdt Alverzoening een ontkenning in van het toekomstig oordeel?
Absoluut niet. God
zal de mensheid oordelen. Zelfs bij meer dan één gelegenheid.
Er is een tijd om af te breken én er is een tijd om op te bouwen.
Nergens echter leert de Schrift een eindeloos oordeel.
top
4
Wat gebeurt er met de goddeloze na het sterven?
De goddeloze zal opstaan
voor de Grote Witte Troon. Daar zal hij geoordeeld worden naar zijn werken
(Openbaring 20:12). "Verdrukking en benauwdheid zal komen over ieder levend
mens die het kwade heeft bewerkt" lezen we in Romeinen 2:9. Als vervolgens
blijkt dat diens naam niet staat geschreven in het Boek des Levens zal
hij worden geworpen in de Poel van Vuur, dat is de tweede dood (Openbaring
20:14,15). Wanneer eenmaal de dood als laatste vijand zal worden teniet
gedaan en daarmee de laatste rangorde van mensen wordt levendgemaakt, dan
zal iedere knie zich buigen en alle tong van harte belijden dat Jezus Heer
is, tot eer van God de Vader (Filippenzen 2:11). Dan zal God ook alles
in hen worden (1Korinthiërs 15:22-28).
top
5
Dat God wíl dat alle mensen gered worden wil toch niet zeggen dat
dit ook daadwerkelijk zal gebeuren?
God doet al wat Hém
behaagt (Psalm 115:3). "Wat Zijn liefde wil bewerken ontzegt Hem Zijn vermogen
niet", zo luidt terecht de tekst van een bekend lied. Vandaar dat 1 Timotheüs
niet slechts zegt dat God wil dat alle mensen gered worden, maar
ook dat God een Redder is van alle mensen.
Wat de wil van de
mens betreft: zelfs het hart van de koning wordt door God bestuurd (Spreuken
21:1). God verhardt én opent harten van wie Hij maar wil (Romeinen
9:18; Handelingen 16:14).
God is GOD en niemand
kan Zijn bedoeling en plannen weerstaan (Romeinen 9:20; Job 42:2).
top
6
Wat moeten we met teksten waar gesproken wordt over 'eeuwig oordeel' e.d.?
Jesaja 32: 14 en 15
spreekt over een oordeel over Jeruzalem "tot in eeuwigheid" (Staten Vertaling).
En in hetzelfde vers wordt gezegd: "totdat over ons uitgestort zal
worden Geest uit den hoge".
Volgens Judas: 7 zijn
Sodom en Gomorra een voorbeeld van straf onder eeuwig vuur. Toch zullen
in de toekomst deze steden weer in hun vroegere heerlijkheid worden hersteld
(Ezechiël 16:55). Een voorbeeld van eeuwige straf!
Het belangrijke punt
is: 'eeuwigheid' = eeuw. Beide woorden zijn in de grondtekst
van de Bijbel exact hetzelfde. 'Eeuw-ig' verwijst naar 'eeuw' (Grieks:
AIOON).
In 2 Tim.1:9 lezen
we de uitdrukking "vóór eeuwige tijden". Waaruit
blijkt dat een 'eeuwige tijd' noch beginloos, noch eindeloos is. Let er
ook op dat 'eeuwig' niet tegenover 'tijd' wordt gesteld (zie
vraag 35).
Het eeuwig oordeel
is het oordeel dat betrekking heeft op één of meer eeuwen
(= tijdperken). Bij de terugkeer van de Here Jezus Christus breekt niet
een eindeloze eeuwigheid aan maar "de toekomende eeuwen".
top
7
Wat zeggen naslagwerken over de betekenis van het woord 'eeuwigheid' in
de Bijbel?
De Winkler Prins'
Encyclopedie (1950, deel 7, blz. 797) zegt: "Aion, aeoon betekent
niet eindeloze duur maar tijdperk".
De Bijbelse Encyclopedie
(pag.239) over 'eeuwigheid' :"Behalve wanneer het van God wordt gebezigd,
is
het meestal tijdelijk bedoeld, een zeer lange tijd". En verder: "Het
Hebreeuwse 'olam' waarvan in het OT 'eeuwigheid' de vertaling is, is verwant
met een werkwoord dat 'verbergen' betekent. Het duidt dan ook iets aan
dat in het verleden of in de toekomst (nog) verborgen is... Het heeft
dus de betekenis van een zeer lange tijd".
In de Korte Verklaring
(bij Prediker 1:4) schrijft prof. Aalders: "Bovendien bedenke men dat het
woord 'eeuwig' in het Hebreeuws in den regel niet den zin heeft dien wij
er aan plegen te hechten. Het drukt slechts uit een lange tijd,
die alleen in een bepaald geval kan naderen tot ons begrip van eeuwigheid".
top
8
Bewijst Mattheüs 25:46 dat aan de eeuwige straf evenmin een einde
komt als aan het eeuwige leven?
Nee. Het eeuwige leven
is het leven van de toekomende eeuw, lezen we in Lucas 18:30. Daarmee is
de eeuwige straf de stráf van de toekomende eeuw. 'Eeuwig' duidt
hier niet op de tijdsduur maar op het wanneer van het leven
en de straf. D.w.z. thuishorend in de toekomende AIOON.
Het woord dat hier
vertaald is met 'straf' is letterlijk: kastijding. Het beoogt een verbetering
van de gekastijde. Het is een ander woord voor 'straf' dan in b.v. Handelingen
22:5 waar het terecht met straf is weergegeven. Een eindeloze kastijding
is een psychopatisch idee, zoals iedere rechtgeaarde ouder weet.
top
9
Gaat het eeuwige leven ook voorbij?
Let op: de (toekomende)
eeuw gaat voorbij (vergl. Lucas 18:30 en Efeze 2:7). Het léven echter
niet! Integendeel, juist de dood zal uiteindelijk teniet gedaan worden.
top
10
Leidt de gedachte dat alles uiteindelijk toch goed komt niet tot een onverschillig
leven?
Voor sommigen wel.
Reeds in Paulus' dagen waren er die hem lasterden en hem zelfs in de mond
legden: laten we het kwade doen opdat het goede eruit voortkome. Het oordeel
over dezen is welverdiend, aldus de apostel (Romeinen 3:8).
Wie de genade (= vreugde!)
die reddend aan alle mensen is verschenen wérkelijk begrepen heeft
wordt opgevoed tot een leven waarin God verheerlijkt wordt (Titus 2:11,12).
top
11
Waarom zouden we aan anderen het Evangelie vertellen als zij toch wel gered
zullen worden?
Het Evangelie moet
verteld worden juist omdat het een EVANGELIE is, d.w.z. een 'Goed
Bericht'!
Bovendien: "God is
een Redder van alle mensen het meest van de gelovigen" (1 Timotheüs
4:10). Degenen die geloven worden gered van de komende toorn. De overigen
niet (1Thes.1:10). En omdat wij weten hoezeer de Heer te vrezen is trachten
wij de mensen te overtuigen, zo schrijft de apostel in 2Korinthiërs
5:11.
top
12
Is bij de meeste mensen die in Alverzoening geloven de wens niet de vader
van de gedachten?
Als mensen dat erg
graag willen bevinden ze zich in elk geval in zeer goed gezelschap! God
Zelf namelijk wil dat alle mensen gered worden (1Timotheüs 2:4). En
omdat Gód het wil zál het ook gebeuren (1Timotheüs 4:10).
Ieder die het wil
zien kan het ook zien! Omgekeerd is het óók zo dat
wanneer iemand niet wil dat God een Redder is van alle mensen (b.v.
vanwege de traditie!), zo iemand ook verblind zal zijn voor het royale
Schriftgetuigenis hierover (Johannes 7:17).
top
13
Pleit de kerkgeschiedenis niet tegen de leer van de Alverzoening?
Grote figuren uit de
eerste eeuwen van de kerkgeschiedenis zoals Origenes, Ireneüs, Clemens
van Alexandrië, Eusebius, en Gregorius van Nazianza geloofden op
dit punt nog de Schrift. Een grote ommekeer is er gekomen sinds Augustinus
en later toen de duistere middeleeuwen aanbraken. "De toekomende eeuwen"
waarvan de Schrift spreekt werden vervangen door een eindeloze eeuwigheid.
Het dal van Hinnom werd een mythische hel. En Gods heilsplan voor de ganse
schepping werd beperkt tot een triomferende kerk boven.
Wat er ook veranderd
moge zijn sinds de Reformatie, de Protestantse kerken zijn ook op dit punt
niet teruggekeerd naar Paulus en de rest van de Schrift maar vooral naar
Augustinus.
Overigens, Paulus
waarschuwde aan het einde van zijn leven er al voor dat na zijn heengaan
de mensen de gezonde leer niet meer zouden aanvaarden (2 Timotheüs
4:3). Waarmee gezegd wil zijn dat de kerkgeschiedenis een uiterst onbetrouwbare
maatstaf is om een leer te beoordelen. Of een leer gezond is maakt niet
de kerkgeschiedenis uit maar alleen de Schrift.
top
14
Is het voor een simpele Bijbellezer niet erg ingewikkeld om Alverzoening
te ontdekken?
Nee en ja. Een eenvoudige
lezer van de Bijbel wordt op iedere bladzijde geconfronteerd met een God
die het verlorene zoekt en vindt, Wiens liefde geen grenzen kent en Die
alle dingen wél maakt.
Tegelijkertijd leest
een simpele Bijbellezer van een "eeuwige straf", van pijniging "tot in
alle eeuwigheden", enz. Dat zulke terminologie strijdt met wat er in de
grondtekst staat geschreven kunnen de meesten natuurlijk niet weten. En
dát schept de verwarring. Dát maakt het inderdaad soms ingewikkeld
om Alverzoening in de Schrift duidelijk te vinden.
top
15
Moet de Alverzoening ook gepredikt worden?
Er moet zowel gesproken
worden over de ernst van Gods gerichten als over Zijn overtreffende barmhartigheid.
Alles op z'n tijd.
Bovendien: niet de
Alverzoening moet gepredikt worden maar de Alverzoener. Niet
de redding van alle mensen maar de Redder van alle mensen.
Dát is het betrouwbare woord dat alle aanneming waard is en waarvan
de apostel zegt: beveel en leer dit (1Timotheüs 4:9-11).
top
16
Is de tweede dood geen definitieve vernietiging?
Als dat het definitieve
einde zou zijn, dan zou de dood toch het laatste woord hebben.
Bovendien, God zou
een eindeloze Verliezer zijn geworden... Schepselen, werk van Zijn Eigen
handen zouden voor altijd onbereikbaar zijn geworden voor Zijn grenzeloze
liefde.
God zoekt het verlorene
totdat Hij het vindt (Lucas 15:4)!
top
17
Ontnemen we aan het toekomstig oordeel niet de ernst wanneer er tóch
een einde aan komt?
Is een oordeel pas
ernstig wanneer er geen einde aan komt? Waren de zondvloed of het vuur
dat regende op Sodom en Gomorra niet zulke ernstige gebeurtenissen omdat
het maar betrekkelijk kort duurde?
De konsekwentie van
deze redenering zou zijn dat de Here Jezus op Golgotha ook niet zo'n ernstig
oordeel heeft gedragen... Immers Hij riep reeds na enkele uren: "het is
volbracht!". En Hij leed nogwel voor de hele mensheid!
In Psalm 30:6 staat
het zo: "want een ogenblik duurt Zijn toorn, een levenlang Zijn
welbehagen!".
top
18
Laten de laatste hoofdstukken van de Bijbel Alverzoening zien?
Johannes verzekert
ons in het boek Openbaring dat God ALLES nieuw zal maken (Openbaring 21:5).
Toch reikt Johannes'
horizon niet zo ver als die van Paulus in 1Korinthiërs 15. Johannes
spreekt in de laatste hoofdstukken van Openbaring over de Troon van
het Lam en over heersen tot in de AIONEN der AIONEN; 22:5). Paulus
laat echter zien dat Christus' heerschappij een "totdat" heeft (15:25).
In Openbaring 21 en 22 is nog sprake van (de tweede) dood (21:8).
Paulus zegt evenwel dat ook de dood als laatste vijand zal worden
teniet gedaan (15:26).
Dat Openbaring 21
en 22 niet de ultieme heerlijkheid beschrijft blijkt ook uit het feit dat
de volken nog genezing behoeven. "De AIONEN der AIONEN" gaan over van heerlijkheid
tot heerlijkheid. Dat laat Johannes zien. Uiteindelijk zal God alles
worden
in allen. Dat laatste laat alleen Paulus zien.
top
19
Wat betekent 'weder verzoenen' in Kol.1:20?
'Verzoenen' bij Paulus
is een heel ander woord dan b.v. bij Johannes in 1Joh.2:2 ("een verzoening
voor onze zonden en ook voor de gehele wereld"). In dit laatste Schriftgedeelte
is het Gr. woord 'hilasmos' en gaat het over het verzoenen van zonden.
Bij Paulus is het werkwoord 'katallasso' en dit houdt verband met het verzoenen
van vijanden. In drie gevallen gebruikt Paulus een versterkte vorm
van 'katallasso': 'apokatallasso'. Dit duidt dan op een volledige,
wederzijdse verzoening. Net als liefde hoort ook verzoening van twee kanten
te komen. Dit sterke woord 'apokatallasso' gebruikt de apostel in Kol.1:20
en 22. 'Weder verzoenen' betekent dus 'wederzijds verzoenen'. (zie vraag
20
en 25)
top
20
Wordt in Kolossenzen 1:20 een beperking gemaakt door wat onder de aarde
is er niet bij te noemen?
Nee, want er wordt
uitdrukkelijk gesproken van een wederzijdse verzoening van "alle dingen",
lett. het al ('dingen' staat er dus eigenlijk niet!). Dat dit werkelijk
geen uitzonderingen kent blijkt uit de wijze waarop Paulus deze uitdrukking
in dit gedeelte gebruikt:
- ... de Eerstgeborene
van de ganse schepping, want in Hem is het al geschapen (1:15)
- ... het al
is door Hem en tot Hem geschapen (1:16)
- ... het al
heeft haar bestaan in Hem (1:17)
- ... door het bloed
van het Kruis, het al weder met Zich te verzoenen (1:20)
Daar komt bij dat
'ónder de aarde' zich de doden bevinden en die bevonden zich ooit
wel degelijk óp aarde. Op aarde waren ze ooit vijandig gezind
en daarom delen ze in de toekomstige wederzijdse verzoening. Vijandschap
is geen verhindering maar juist een voorwaarde om te delen
in de 'wederzijdse verzoening van het al' (Gr. 'apokatallaxai ta panta')!
top
21
Wil Filippenzen 2:11 niet gewoon zeggen dat eens alle tong gedwongen
zal
belijden dat Jezus Heer is?
Zo'n lofzang zou zeker
niet tot eer van God als Vader zijn! Bovendien wordt hier in de
grondtekst een speciaal woord voor 'belijden' gebruikt: 'ex-omologeo'.
Het woordje 'ex' vóór 'omologeo' wil zeggen dat het van binnenuit
komt. Alle 11 keren dat het NT dit woord gebruikt duidt het op een vrijwillige,
hartelijke instemming. Denk er ook aan dat juist "in de naam van JEZUS"
deze universele lofzang zal klinken. De naam Jezus betekent: de HERE is
Redder!
top
22
Zijn de 'allen' in allerlei zgn. 'alverzoeningsteksten' niet slechts al
de gelovigen?
Inderdaad moet de reikwijdte
van woorden als 'allen' en 'alles' afgeleid worden uit de samenhang waarin
zij voorkomen. Maar juist het verband van Romeinen 5:18 laat zien dat het
werkelijk om het hele mensdom gaat. Juist het verband van 1Korinthiërs
15:58 toont aan dat 'alles' géén uitzonderingen kent. Juist
het verband van Kolossenzen 1:20 maakt duidelijk dat "alle dingen" werkelijk
de ganse schepping is. etc.
De traditionele kerkleer
heeft zulke universele termen gewoonlijk bij voorbaat beperkt tot slechts
alle gelovigen. En daarmee zijn haar ogen helaas gesloten voor Gods heilsplan
met ál Zijn creaturen.
top
23
Bewijst Johannes 3:36 dat aan de toorn van God geen einde komt?
Nee, dat bewijst het
niet. Zolang iemand de Zoon van God ongehoorzaam is blijft de toorn
van God op hem. Het Griekse woord dat hier vertaald is met 'blijven' wordt
in Johannes 1:40 vertaald met 'verblijven'... en duurde daar slechts één
dag.
top
24
Wil 1 Korinthiërs 15:22 zeggen dat alle mensen zullen opstaan?
Het betekent véél
meer. Allen die in de graven zijn zullen eens opstaan. Opstaan ten
leven of ten oordeel (Johannes 5:29). Wiens naam niet staat geschreven
in het Boek des levens zal worden geworpen in de Poel van Vuur, dat is
de tweede dood (Openbaring 20:15).
1 Korinthiërs
15:22-28 spreekt echter over levendmaking zoals Christus de Eersteling.
Want hoewel er verschillende mensen ooit eerder zijn opgestaan uit de doden...
Christus was de Eerste die werd levendgemaakt in onvergankelijkheid,
heerlijkheid
en
kracht
(1Korinthiërs
15:42,43). Als zodanig is Hij de Eersteling. Van wie? Van allen die in
Adam sterven (15:22)!
Het hele mensdom zal
(wanneer de dood zal zijn teniet gedaan) het leven kennen dat de laatste
Adam ooit op Paasmorgen als Eersteling aan het licht bracht !
top
25
Heeft God Zich ook met ongelovigen verzoend?
Zeker! Paulus zegt
in Romeinen 5:10 dat toen hij nog een vijand was reeds met God was verzoend
door de dood van Gods Zoon. En elders schrijft hij dat God in Christus
de
wereld met Zich verzoenende was (2 Korinthiërs 5:19). Dat is een
eenzijdige verzoening van Gods kant. Dit woord van verzoening roept om
een reaktie van de mensheid om zich ook van haar kant te laten verzoenen.
"Laat u met Gód verzoenen" (2 Korinthiërs 5:20). Zij die dat
doen zijn nu reeds wederzijds verzoend (Kolossenzen 1:21). Eens
zal de ganse schepping in die wederzijdse verzoening delen (Kolossenzen
1:20). Zie ook vraag 19.
top
26
Wat is de hel?
Het woord 'hel' komt
12 maal voor in de NBG-vertaling. Paulus gebruikt het woord nergens
in zijn brieven. In de grondtekst staat niet 'hel' maar het woord 'Gehenna'.
'Gehenna' is de Griekse aanduiding voor het dal van Hinnom. Dit dal, dat
ten zuiden van Jeruzalem ligt was vroeger de vuilverbrandingsplaats van
de stad. In het toekomende Messiaanse Rijk zullen in dit dal de lijken
liggen
van geëxecuteerde rebellen van de Koning (zie Jesaja 66:24,
Marcus 9:48 en Mattheüs 5:22). In dit dal brandt dan voortdurend vuur
en de verterende worm (made) zal geen gelegenheid hebben uit te sterven
vanwege steeds weer nieuwe kadavers. Het zal voor de passerende pelgrims
een luguber oord zijn. Toch zal uiteindelijk zelfs dit lijkendal de HERE
eens heilig zijn, profeteert Jeremia (31:40)! Er zal niet meer vernield
of verwoest worden.
De gebruikelijke gedachte
dat 'de hel' een onderaards oord is voor onsterfelijke zielen
waar pijnigingen zonder einde plaatsvinden is dus uitdrukkelijk
NIET naar de Schrift.
een foto van de zgn. hel, het dal van Hinnom.
top
27
Verkondigde de Here Jezus een uiteindelijke Alverzoening?
Niet uitdrukkelijk.
De Here Jezus was gezonden tot het huis van Israël (Mattheüs
15:24) om hen het beloofde Koninkrijk en de toekomende eeuw te verkondigen.
Wat daarná komt behoort niet tot de thema's van Zijn prediking.
Toch zijn er genoeg
uitspraken in de Evangelieën (en trouwens ook in het OT) waarin deze
waarheid verborgen is. B.v. dat Jezus Christus de Redder der wereld
is. Of dat het verlorene gezocht wordt totdat het gevonden is. Etc.
Maar een uitdrukkelijke
vermelding
van een allenomvattende redding, levendmaking en wederzijdse verzoening
vinden we slechts bij "de apostel van de heidenvolken". Paulus dus. Hij
mocht als geen ander de breedte, lengte, hoogte en diepte van de liefde
Gods in Christus prediken (zie o.a. Efeze 3).
top
28
Wat gebeurt er met de duivel?
Het laatste wat we
specifiek
van
de duivel lezen is dat hij in de Poel van Vuur zal worden geworpen alwaar
hij gepijnigd zal worden (lett.) "tot in de AIONEN der AIONEN" (Openbaring
20:10), d.w.z. tot in de uitnemendste eeuwen.
Van Christus lezen
we in Openbaring 11:15 iets soorgelijks, nl. dat Hij zal heersen "tot in
de AIONEN der AIONEN". Toch weten we uit 1Korinthiërs 15:24-28 dat
Christus zal heersen totdat. Pas daarna wordt God alles in
allen.
M.a.w.
"tot in de AIONEN der AIONEN" is niet hetzelfde als eindeloos.
In Kolossenzen 1:20
lezen we dat God eens ALLES wederzijds verzoenen zal, niet alleen op aarde
maar
ook in de hemel. Ook de vijandige hemelingen (Efeziërs 6:12) zullen
veranderen in schepselen die in harmonie met hun Schepper zullen verkeren.
Dan is satan (=tegenstander) dus geen satan meer! Alles en iedereen zal
van harte belijden dat Jezus Heer is (Filippenzen 2:11).
Dat en niet
minder is de onvoorstelbare kracht van het bloed van het Kruis waardoor
God vrede maakt!
top
29
Wat is de Poel van Vuur?
De uitdrukking "de
Poel van Vuur" komt 5x voor en wel in het boek 'Openbaring'. Het woord
voor 'poel' duidt gewoonlijk op een meer. B.v. het meer van Gennesaret
(Lucas 5:1). De eerste keer dat gesproken wordt van "de Poel van Vuur"
is in Openbaring 19:20. Uit de samenhang en andere teksten blijkt dat er
sprake is van een veldslag niet ver verwijderd van de Dode Zee. Misschien
dat juist deze poel die vanouds bekend staat om z'n vuur en zwaveldampen
(Genesis 19:24-28) model staat voor de term.
Van de satan, het
beest en de valse profeet lezen we dat ze worden geworpen in de Poel van
Vuur en daar ook gepijnigd worden "tot in de AIONEN der AIONEN" (Openbaring
19:20; 20:10; zie vraag 28).
In verband met het
gericht voor de Grote Witte Troon lezen we dat degenen van wie de naam
niet staat geschreven in het Boek des Levens geworpen zal worden in de
Poel van Vuur. Tot 2x toe wordt er dan bij gezegd dat dit de tweede dood
is (20:14; 21:8). Let wel: voor de satan en zijn twee trawanten zal de
Poel van Vuur géén tweede dood zijn. Zij zijn sowieso niet
dóód maar worden daar juist gepijnigd. En bovendien is het
geen twééde dood omdat ze niet eens een éérste
keer dood geweest zijn.
Konklusie: op drie
uitzonderingen na zal "de Poel van Vuur" voor ieder een toestand van dóód
betekenen en niet van voortleven.
Wat er met de dood
uiteindelijk zal gebeuren onthult de apostel Paulus in 1 Korinthiërs
15:26.
top
30
Wordt de dood teniet gedaan wanneer ze in de Poel van Vuur wordt geworpen
(Openbaring 20:14)?
Wat we in dit vers
lezen is niet een teniet doen van de dood maar juist een voortzetting
ervan!
Zij die dán dood zijn, zijn dat voor een tweede keer.
De dood wordt teniet
gedaan door alle mensen levend te maken!
De dood wordt verslonden in de overwinning (1Korinthiërs 15:22-26,
54)!
top
31
Wat betekent 'ziel en lichaam verderven in de hel' (Mattheüs 10:28)?
De tekst luidt: "En
weest niet bevreesd voor hen, die wel het lichaam doden, maar de ziel (lett.psyche)
niet kunnen doden; weest veeleer bevreesd voor Hem, die beide, ziel en
lichaam, kan verderven in de hel (lett. Gehenna)."
Mensen konden b.v.
Stefanus stenigen maar 'psychisch' konden ze hem niets aandoen. Wat
zijn bewuste gewaarwordingen (=ziel) betreft bracht de steniging hem slechts
dichter bij het beleven van het toekomende vrederijk. Hij ontsliep en het
eerstvolgende bewuste ogenblik zal hij ontwaken in de heerlijkheid van
de opstanding.
Vergelijk dit eens met de goddelozen die in het vrederijk
zullen worden terechtgesteld. Zij sterven in het verschrikkelijke dal van
Hinnom (zie vraag 26)
en daarmee wordt hen juist de zegen van het vrederijk ontnómen.
Na de duizend jaren zullen zij opstaan ten oordeel (zie
vraag 4).
top
32
Kunnen sommigen nooit meer tot inkeer komen (Hebreeën 6:4-8 en 10:26)?
Er is hier sprake van
Messias-belijdende Hebreeën die weer terugvielen in het Jodendom ("de
Zoon van God opnieuw kruisigen"). De verwoesting en verbranding van Jeruzalem
en de tempel zouden niet lang meer duren ("die uitloopt op verbranding",
"felheid van vuur"). De Here zou zijn volk gaan oordelen (10:31; 8:13).
Wie zou deze afvallige Joden die heel bewust het Evangelie afwezen nog
opnieuw tot bekering kunnen brengen? Deze joden hielden letterlijk geen
offer meer over: het ware Offer (er-)kenden zij niet meer en de offerdienst
in Jeruzalem zou binnenkort beëindigd worden.
De uitspraken uit
deze gedeelten kunnen slechts verstaan worden binnen het kader van hun
historische
context.
De uiteindelijke bestemming is hier niet aan de orde.
top
33
Leert Openbaringen 14:11 een eindeloze pijniging?
Zeker niet. "In alle
eeuwigheden" is een misleidende vertaling. Letterlijk staat er: "tot in
de AIONEN der Aionen", dat is: tot in de uitnemendste AIONEN. Vergelijk
deze uitdrukking met: de Koning der koningen, het heilige der heiligen,
de hemel der hemelen, etc..(zie verder voor deze uitdrukking
ook vraag 28)
Denk er bovendien
aan dat hier niet wordt gezegd dat de pijniging voortgaat "tot in
de AIONEN der AIONEN" maar "de rook van hun pijniging stijgt op
tot in de AIONEN der AIONEN". De róók die hun pijniging veroorzaakt
zal opstijgen tot in de AIONEN der AIONEN.
top
34
Bewijst Lucas 1:33 dat Christus "zonder einde" heerst?
Nee. Hoewel dit vers
twee parallelle zinnen bevat, is de inhoud beslist niet identiek. Letterlijk
staat er: "Hij zal als koning over het huis van Jakob heersen tot in
de AIONEN en Zijn Koninkrijk zal geen einde nemen". Dit komt
exact overeen met wat we lezen in 1 Korinthiërs 15:22-28. Daar lezen
we dat Christus moet heersen totdat Hij al Zijn vijanden onder Zijn
voeten zal hebben gelegd. En dan zal Hij het Koninkrijk teruggeven
aan God de Vader. M.a.w. het heersen van Christus heeft een "totdat"
waarna het Koninkrijk vervolgens voorgoed in handen komt van de
Vader.
top
35
Hoe kan 'eeuwig' in Rom.16:26 en 2Kor.4:18 tijdelijk zijn?
Dat God "de eeuw-ige
God" is (Rom.16:26) wil zeggen dat Hij de God der eeuwen is, de
Koning der AIONEN (1Timotheüs 1:17). Zoals 'eeuwige tijden'
(Rom.16:25) 'de tijden der eeuwen' zijn, zo is "de eeuwige God" de God
der eeuwen.
Wat betreft 2 Kor.4:18
betreft het volgende:
In de samenhang van
dit vers worden zaken die slechts een ogenblik duren geplaatst tegenover
dat wat eeuw-ig is (betrekking heeft op AIONEN = wereldtijdperken).
Het problematische
ontstaat door wat door het NBG vertaald is met 'tijdelijk', maar wat letterlijk
'voor de gelegenheid' betekent (Gr. 'pros kairon'). In Mattheüs 13:21
en Marcus 4:17 wordt dezelfde uitdrukking vertaald met 'van het ogenblik'.
De uitdrukking duidt niet op tijd in het algemeen maar op een speciaal
moment.
Dat AIOON niet tegenover
tijd (Gr. chronos) staat blijkt b.v. uit de uitdrukking 'eeuwige tijden'
(B.v. 2 Timotheüs 1:9 'chronôn aiôniôn').
top
36
Zijn "alle mensen" van Rom.5:18 misschien niet letterlijk allen maar "zeer
velen"(:19)?
Wanneer "alle mensen"
in het het eerste deel van Rom.5:18 daadwerkelijk alle mensen zijn dan
moeten "alle mensen" in het tweede deel dat eveneens zijn. Anders is de
vergelijking niet zuiver. En wanneer de "zeer velen" in het eerste gedeelte
van Rom.5:19 alle mensen omvat dan hebben we geen enkele reden om aan te
nemen dat het tweede "zeer velen" in hetzelfde vers opeens niet alle mensen
zou betekenen.
In de grondtekts staat
trouwens niet 'zeer velen' maar 'hoi polloi' wat letterlijk wil zeggen
'de velen'. Welke velen? 'De velen' van vers 18, namelijk
'alle mensen'.
'Alle mensen'
wil zeggen dat er geen uitzonderingen zijn. 'De velen' duidt op
het grote aantal.
top
37
Wat betekent de pijniging van de rijke man in Lucas 16:19-31?
Deze vertelling wil
niet iets onthullen over eventuele ervaringen of overleggingen in het dodenrijk.
Daarover waren 'de wet en de profeten' al duidelijk genoeg. "Er is geen...
overleg of kennis of wijsheid in het dodenrijk waarheen gij gaat" (Prediker
9:10). Nee, deze satire (!) is gericht aan het adres van de Farizeeën
die geldzuchtig waren (16:14). In Lucas 13:27-30 lezen we dat er
vooraanstaande joden zullen zijn (>de rijke man!) die bij het aanbreken
van het Koninkrijk Gods Abraham, Izaäk en Jakob zullen zien
(>Abrahams schoot) maar zelf zullen worden buitengeworpen (>onoverkomelijke
kloof), d.w.z. het Messiaanse rijk op aarde niet mogen meemaken. Ze hadden
zich moeten laten gezeggen door 'de wet en de profeten', anders zou zelfs
iemand die opstaat uit de doden voor hen niet overtuigend zijn geweest
(vergl. Johannes 12:9-11).
top
38
Voor één bepaalde zonde bestaat toch geen vergeving in eeuwigheid
(Marcus 3:29)?
Dit is een frappant
voorbeeld van hoe willekeurig het Griekse woord AIOON gewoonlijk wordt
vertaald. Hier vertaald men dit woord met eeuwigheid. In het parallel-gedeelte
van Mattheüs 12:32 echter lezen we: "het zal hem niet vergeven worden,
noch in deze eeuw, noch in de toekomende". Hier wordt hetzelfde
AIOON weergegeven met eeuw. Anders had men moeten vertalen: "noch
in deze eeuwigheid, noch in de toekomende"...! Dat het vertaalwoord 'eeuwigheid'
dus gewoon niet kán blijkt uit een simpele tekstvergelijking. Niet
'eeuwigheid' maar 'eeuw' is de betekenis van het woord AIOON.
De Schrift leert niet
dat er straks een eindeloze eeuwigheid zal aanbreken maar spreekt over
"de toekomende eeuwen". In die tijdperken zal God Zijn "voornemen der eeuwen"
tot voltooing brengen. Totdat Hij alles zal zijn in allen.
top
39
Leert de Bijbel een 'tweede kans'?
Leert de Bijbel een
eerste kans? Wanneer het van de mens zou afhangen werd geen enkel mens
gered!
"God is een
Redder van alle mensen". Dat is geen kans maar een garantie!
top
40
Leert 1 Timotheüs 4: 10 niet slechts dat God een Heiland is vóór
alle mensen?
Het is jammer dat de
NBG-vertaling hier de woorden van de apostel Paulus zo sterk afzwakt door
twee maal "voor" te vertalen in plaats van "van". Toch staat in de grondtekst
in beide gevallen onmiskenbaar een tweede naamval. Vandaar dat de Statenvertaling
wel correct is: "den levende God die een Behouder is aller mensen,
allermeest der gelovigen".
top