Jezus, wat een ‘Worm’!


door Peter Meye

Overal waar in dit document een citaat uit Gods Woord wordt vermeld, is dit afkomstig uit de vertaling van www.schriftwoord.nl. Soms is een kleine aanpassing gedaan. Deze vertaling is gebaseerd op een zo consistent mogelijke weergave van de Originele Teksten waarbij één woord slechts één grondbetekenis kan hebben.

Inleiding

In Gods Woord spelen dieren vaak een rol en wordt ook regelmatig naar hen verwezen in verband met uiteenlopende onderwerpen, betekenissen en lessen.

Dit artikel geeft de hoofdrol aan de worm. Jawel, ik zag je al vreemd kijken naar de titel. En toch is er iets aan de hand met de betekenis. Iets wat mijns inziens van verbazingwekkend belang is en ons dus een zeer interessante les kan leren.

Als je alleen de vertaling van Gods Woord hanteert, dan zul je meermalen over de “worm” lezen. Maar als je niet verder graaft, namelijk onderzoek naar wat de originele talen, Hebreeuws en Grieks, hierover zeggen, dan ontgaat je een heleboel, vrees ik. In de grondtekst staat er niet zomaar “worm”, maar er staan twee specifieke woorden die betrekking hebben op twee specifieke – en verschillende – wormsoorten. En – Gods Geest kennende – niet toevallig!

De twee soorten “wormen” die in Gods Woord een betekenisvolle rol spelen zijn:
1. De made – Hebreeuws “rimmah”, Strong H7415 *
2. De scharlaken worm – Hebreeuws “towla’at”, Strong H8438
Beide komen o.a. voor in dezelfde passage, namelijk in Job 25:6, waar staat:

“… Hoeveel te minder een sterveling, een made, en de zoon van een mens, een worm!”

* Het betreft hier de concordantie van James Strong. Aan elk woord dat in de grondtekst van de Schrift voorkomt is een uniek nummer toegekend waardoor men in staat is de teksten in de vertaling met elkaar te vergelijken.

De made

Deze worm wordt in verband gebracht met de mens in het algemeen. Zonder kennis van God heeft iedereen de neiging om “zichzelf te maken en te verhogen”. Dan is de mens trots, arrogant, denkt dat hij alles zelf kan doen en is er ook nog trots op!

Maar de mens wordt in Gods Woord met een made vergeleken. Hieronder tref je enkele invalshoeken, op grond waarvan deze vergelijking een hele logische is en ook gebaseerd op de werkelijkheid.

A. De oorsprong van de mens
Zoals bekend is de mens uit de aarde afkomstig. Dat wil zeggen, zijn lichaam. De geest van de mens is uit God afkomstig. Toen de geest in het lichaam werd geblazen, werd de mens een levende ziel (Genesis 2:7). De mens heeft dus geen ziel, maar IS een ziel. De ziel is het terrein van onze beleving, van bewustzijn en zintuiglijke waarneming. We hebben het hier over de emoties, het verstand en de wil van de mens. Echter, het menselijk lichaam is ook sterfelijk. Vanaf onze geboorte beginnen we al te sterven. Dat maakt ons stervelingen en daarom zijn we doelmissers, dus zondaars (Romeinen 5:12).

Vanwege onze zielse gerichtheid – in het algemeen – zijn wij als mens vele malen meer verbonden met ons lichaam dan met onze geest. Het gevolg daarvan is dat ons lichaam veel meer overweldigt dan onze geest, evenals luidruchtigheid veel meer overweldigt dan stilte.

De made is een worm die van de aarde houdt. Die “vindt het prachtig om in aarde te woelen”, zeg maar. Net zoals de made is de mens – naar Adam – gebonden aan de aarde. Zijn gerichtheid is aards, zijn uitgangspunten zijn werelds. In 1Korinthiërs 15:47 staat geschreven: “De eerste mens is uit de aarde, aards; de tweede mens is de Heer uit de hemel.” En dan te bedenken dat wat wij noemen “de machtigen van deze aarde”, zoals koningen, presidenten, en (invloed)rijken, door God Zelf worden vergeleken met maden! Ook in Filippenzen 3:19 spreekt God door Paulus over de aardse gerichtheid van mensen: “...van wie het einde vernietiging is, van wie de god de buik is en de heerlijkheid in hun schande is, degenen die aards gezind zijn.”

B. Het verduisterd denken van de mens

Dit spreekt van gebrek aan begrip en bevattingsvermogen. Als je de bekende passage in 1Korinthiërs 2:14 leest, dan kun je min of meer uit het verband zien in welke staat de mens verkeert: blind, doof, impotent en dood. Efeziërs 4:17-19 legt uit hoe de mens zonder God wandelt:

“Dit dan zeg ik en ik getuig in de Heer, dat jullie niet meer wandelen zouden zoals ook de natiën wandelen, in de ijdelheid van hun denken, verduisterd in het verstaan, vervreemd zijnde van het leven van God, door de in hen aanwezige onwetendheid, door de hardvochtigheid van hun harten, die, ongevoelig zijnde, zichzelf overgeven aan de dartelheid tot een roeping van allerlei onreinheid, in hebzucht.”

Maden houden van duisternis. Als het licht opkomt, zoeken ze de duisternis weer op. Net zo houden de mensen meer van de duisternis dan van het licht, zoals Johannes 3:19-20 heel treffend aangeeft:

“Dit nu is het oordeel: dat het licht in de wereld is gekomen en de mensen hebben de duisternis meer lief dan het licht, want hun werken waren kwaad. Want een ieder die slechte dingen doet, haat het licht, en komt niet tot het licht, opdat zijn werken niet blootgelegd zullen worden.”

C. De ontaarding van de mens

Het begrip “ontaarding” moet worden gezien als verrotting, bederf. Tja, het komt niet bepaald lekker over maar dit is – geestelijk gezien – wat er aan de hand is. Zo ziet God het! Psalm 49:12 zegt: “Maar de mens die zichzelf acht, overnacht niet. Hij is vergelijkbaar met de beesten, hen wordt het zwijgen opgelegd.” En Prediker 3:19 spreekt ook van een complete nutteloosheid van zowel mens als beest: “Want het overkomt de zonen van de mensheid en het overkomt het beest en hen overkomt hetzelfde. Zoals de dood van de een is de dood van de ander en één geest is er voor allen, en voordeel voor de mens boven het beest is er niet, want het is alles ijdelheid.”

Maar God zal hen – op Zijn tijd – de ogen openen en aantonen wie zij werkelijk zijn (Prediker 3:18)!

Let wel, het gaat hier over de aardse mens, de mens zonder enig besef van Dé God!

Een worm is zelfs lager dan “een beest in het algemeen”. En de maden zijn de allerergsten! Ze “bloeien op” in een omgeving van verrotting en bederf en voeden zich daarmee.

Midden in zijn ellende zag Job de gruwelijke werkelijkheid van de staat waarin hij verkeerde. Hij zei toen: “Tot het graf [beeld van corruptie en bederf] roep ik: jij bent mijn vader; tot de made: mijn moeder en mijn zus.” – Job 17:14

Wat voor ons – fysiek gezien – afstotelijk en walgelijk is, is voor God – geestelijk gezien – precies hetzelfde!

Zoals eerder vermeld is ons lichaam sterfelijk, dus bederfelijk. De prikkel van de dood is de zonde (1Korinthiërs 15:56). Hieronder volgen enkele weerzinwekkende beelden die Gods Woord ons geeft van wat de zonde in werkelijkheid is en doet:

- een bederfelijk en verrottend lichaam (Romeinen 7:24),
- wonden, striemen en etterbuilen die niet zijn verzorgd (Jesaja 1:6),
- terugkeer van een hond naar het eigen braaksel, en van een schoongewassen varken naar het slijk (2Petrus 2:22).

Wormen worden geassocieerd met vloek. Aangezien de “gevallen mens” wordt vergeleken met maden, mag duidelijk zijn dat – ook vanuit die invalshoek – hij onder een vloek van God is, net zoals de aardbodem momenteel onder een vloek is (Genesis 3:17).

D. De bestemming van de mens

Het mag duidelijk zijn dat de mens zonder God – zonder het volbrachte reddende werk van Jezus Christus – ronduit een afschuwelijk einde tegemoet kan zien. Het is daarom niet verwonderlijk dat hiervoor de associatie met wormen wordt gebruikt.

Nadat Herodes van mensen hoorde dat hij de stem van een god en niet van een mens had, en verzuimde om God de eer te geven, werd hij onmiddellijk geslagen door een boodschapper van de Heer. En er staat dan dat hij wormenvoer wordt (Handelingen 12:23).

Ook de uitspraak “want hun worm zal niet sterven” (Jesaja 66:24) en de verwijzing hiernaar door Jezus in Marcus 9:46 refereert aan de brandende lijken van opstandige overtreders die worden overgegeven aan de wormen tijdens de periode van 1000 jaar waarin Jezus zal regeren op aarde als Priester en Koning en het volk Israël samen met Hem als Koninklijk Priesterschap (1Petrus 2:9).

De beelden in Gods Woord, die het relatieve einde van de boze en goddeloze mens illustreren, spreken altijd weer van triestheid, weerzin en afschuw.

Overpeinzing van deze vergelijking in Gods Woord maakt ons nederig en zachtmoedig. We kunnen nergens in roemen wat onszelf betreft. Wat is nu trots voor een made? Die “weet daar helemaal niets van”! Als we ons dat realiseren zullen we het zeker nalaten om zelfs de gedachte aan hoogmoed en arrogantie in ons te laten opkomen.

Maar tegelijkertijd betaamt het ons om dit alles af te zetten tegen de absolute soevereiniteit en vooral liefde en barmhartigheid van God de Vader. Als we bedenken hoe nietig, bederfelijk en corrupt wij zijn als mens – te vergelijken met maden! – en ons vervolgens realiseren dat God in ontferming naar ons omkijkt, dan springt ons hart op van vreugde! God, Die naar ons toe komt, hoe laag gevallen we ook zijn, ons optilt en naar Zijn boezem brengt en daar houdt… woww! Wat een omvang en diepte heeft Zijn liefde! Prachtig, hoe Psalm 113:7-9 dit uitdrukt met betrekking tot Jahweh: “Die de arme doet opstaan van de grond, Die uit de mesthoop de behoeftige optilt, Die doet zitten bij de leiders, bij de leiders van Zijn volk, Die de onvruchtbare doet wonen in het huis als moeder van zonen, zich verheugend? Prijs Jah!”. En dit is niet alleen maar figuurlijk! Nee, we mogen ook weten dat we Hem zullen zien in Christus Jezus! Job snapte dit heel goed toen hij zei: “En na [het vergaan van] mijn huid zal ik opstaan en vanuit mijn vlees Eloah waarnemen, ...” – Job 19:26.

Dood en wormen kunnen onze opstanding en verheerlijking niet voorkomen; we ZULLEN bij onze Heer en God zijn!

De “andere worm”

In de vorige paragraaf was het vooral de made die werd beschreven en gerelateerd werd aan de goddeloze mens. Waarom gebruik ik het woord “vooral”? Omdat de worm die beschreven wordt in Jesaja 66:24 een andere worm is dan de made!

Het is hier de scharlaken worm, die de lijken aantast en een afzichtelijke blik geeft. Is dát niet vreemd?

Laten we eens kijken naar enkele voorbeelden waar dit verschijnsel nog meer voorkomt.

In Jona 4:7 staat een hele interessante opmerking over een boom die door God werd beschikt om Jona te beschermen tegen de zon, en over een worm die tijdens de dageraad deze boom weer liet verdorren.

In de woestijn (Exodus 16:20) waren de Israëlieten ongehoorzaam aan Mozes’ instructie om precies de hoeveelheid manna op te slaan die ze nodig hadden. Toen ze te veel in voorraad namen werd het overschot getroffen door bederf: er kwamen wormen op af (scharlaken wormen, geen maden!), de manna verrotte en begon te stinken.

In Deuteronomium 28:39 werd het volk Israël geboden om wijngaarden te planten en te verbouwen, en werd hen verboden om van de wijn te drinken of deze op te slaan. Mochten ze dat toch doen dan zou deze door de worm worden verslonden.

In al deze gevallen wordt gesproken van de andere worm, namelijk: de scharlaken worm. Het mag duidelijk zijn dat deze scharlaken worm steeds weer een vernietigende rol speelt in geval van ongehoorzaamheid!

De scharlaken worm

Nu wordt het tijd om deze scharlaken worm eens nader te bekijken. Waarom intrigeert deze worm? In de vorige paragraaf is reeds een tipje van de sluier opgelicht met betrekking tot een rol die deze worm speelt in de Schrift. Maar dat is niet de enige rol. Er is een rol die, naar mijn mening, nog veel interessanter is en die een prachtig beeld geeft van wat onze Redder, Jezus Christus, heeft gedaan!

Ja, nu haal ik Jezus Himself erbij! Waarom? Omdat Jezus in een profetie ook is vergeleken met een worm! Jawel, in Psalm 22:6 staat geschreven: “En ik ben een worm en niet een man, een smaad voor de mensheid en veracht door het volk.” Het Hebreeuwse woord is dus “towla’at” (Strong H8438), namelijk scharlaken worm. En de Psalmen – die ca 1000 jaar vóór Christus geschreven zijn – bevatten veel verwijzingen naar de toekomst, naar de Messias die Jezus zou blijken te zijn. Psalm 22 is er één die pijnlijk duidelijk verwijst naar wat Jezus te verduren zou krijgen aan het kruis! Eigenlijk noemt Jezus Zichzelf dus een worm! En uiteraard slaat dit op Jezus Christus in Zijn vernedering op aarde.

Waarom wordt Jezus Christus dan met deze worm vergeleken? Daarvoor is het nodig om te kijken naar de eigenschappen van de scharlaken worm.

Maar eerst gaan we nader in op de specifieke relevante woorden. In de Schrift komt, naast het woord “towla’at” ook een ander woord voor, namelijk “shaniy”, wat bijna uitwisselbaar is met “towla’at”. Het betekent “karmozijn”. Dit woord slaat vooral op de dieprode kleur die erg lijkt op de kleur van bloed, en kenmerkend is voor wat hierna volgt.

Het Hebreeuwse woord “towla’at” (Strong H8438) heeft als grondbetekenis:

- de scharlaken worm => het beestje,
- scharlaken zelf => de substantie die wordt uitgescheiden tijdens het sterven,
- karmozijn/scharlaken => de dieprode kleur zelf.

Het van toepassing zijnde gebruik kan alleen door de context worden onderscheiden.
(Ter vergelijking: het Hebreeuwse woord met de kern “chta” (Strong H2398) heeft als grondbetekenis zowel “zonde” als “zondoffer”, namelijk: “doel missen”.)


Coccus ilicis

Hier gaat het over de vrouwelijke worm, met de Latijnse naam “coccus ilicis”, die vaak voorkomt in het Midden-Oosten. Het is een behoorlijk onaantrekkelijk beestje dat lijkt op een roodachtige erwt (zie foto). Het is erg moeilijk om te constateren dat het een diertje betreft. Meestal werd het niet herkend en werd het in bepaalde tijden en culturen aangezien voor een deel van een plant. Kijk maar naar wat er profetisch over Jezus werd geschreven in Jesaja 52:13-15 en 53:2.

“Zie! Mijn dienaar handelt verstandig. Hij zal verhoogd worden en Hij wordt zeer verheven. Net zoals velen over Hem geschokt waren, zo vernietigd was Zijn verschijning meer dan enig mens en Zijn vorm meer dan zonen van Adam. Zo zal Hij vele natiën doen schrikken. Over Hem zullen koningen hun mond dicht houden. Dat wat aan hen niet was verteld, zien zij, en wat zij niet hoorden overwegen zij.

Hij zal opschieten als een loot voor Zijn aangezicht en als een wortel uit droog land. Hij heeft geen vorm en geen eer dat wij Hem zullen zien, en geen voorkomen dat wij Hem zullen begeren.”

Hij werd inderdaad niet herkend als dé Messias, behalve door een zeer kleine minderheid aan wie Zijn Vader het had onthuld!

Deze scharlaken worm heeft onder meer als eigenschap dat ze slechts één keer in haar leven nakomelingen krijgt en kort daarop sterft. Nu, wanneer deze worm op het punt staat haar eitjes af te zetten, kruipt ze in een boom en fixeert haar lichaam zo stevig en grondig aan de boomstam dat het niet meer te verwijderen is zonder haar lichaam aan flarden te scheuren. Het is permanent. Ze verlaat die stam nooit meer. Vervolgens zet ze haar eitjes af, maar houdt die onder haar lichaam ter bescherming tegen vogels. Wanneer de eitjes uitkomen kunnen de larven zich voeden met haar lichaam, waarna ze sterft. Net voordat ze sterft, scheidt ze een substantie af (scharlaken dus) met een dieprode, karmozijnen kleur die zowel de larven als het gebied op de boomstam rond haar lichaam bevlekt en volledig scharlaken kleurt. Deze kleur blijft voor altijd aan de boomstam, en de larven dragen die voor de rest van hun leven met zich mee.

De gelijkenis met het wereldomvattende offer van Jezus Christus aan het kruis spat er gewoon aan alle kanten vanaf, toch?

Van jullie weet ik het niet, maar als ik over deze dingen nadenk dan schreeuw ik het uit van opwinding! Wat een liefde! Het bloed van Jezus verliest NOOIT zijn kracht!

Jawel, deze worm geeft haar leven en haar lichaam zodat degenen die uit haar voortkomen kunnen leven!

Maar dat is nog niet alles! Drie dagen na de dood van deze worm gebeurt er iets wonderlijks:

- Het hoofd en de staart zijn als het ware samengetrokken waardoor de vorm van een hart ontstaat.
- De kleur van haar lichaam verandert. Het lichaam verliest de karmozijnen kleur en wordt als witte wol die vervolgens van de boomstam op de grond valt, als sneeuw! Woww!

Prijs God vanuit het diepste van je hart voor de opstanding van Christus Jezus, want dat is dé garantie voor de uiteindelijke opstanding van de hele schepping, ieder in zijn eigen rangorde (1Korinthiërs 15:23)!

En dan denken we natuurlijk aan de prachtige passage in Jesaja 1:18 - “Kom, alsjeblieft, dan zullen we corrigeren, zegt JAHWEH. Al zouden jullie zonden worden als dubbel gedompeld scharlaken, ze zullen wit worden als de sneeuw. Al zouden ze rood zijn als karmozijn, ze zullen worden als de wol.”

In de dagen van het volk Israël werd het dode lichaam van de scharlaken worm binnen de drie dagen van de boomstam af gehaald, en vermalen tot een dieprode poeder. Het was dit scharlaken poeder dat werd gebruikt om stoffen daarin dubbel te onderdompelen waardoor ze de dieprode kleur kregen. Ditzelfde procedé werd gebruikt in de tabernakel en voor de vervaardiging van de klederen van de hogepriester. Vlekken die veroorzaakt werden door deze substantie, scharlaken, zijn eigenlijk niet meer te verwijderen. Ze behoren tot de meest hardnekkige vlekken.

Maar zelfs dát is niet alles! De scharlaken substantie werd ook vaak gebruikt als antibacterieel en effectief desinfecterend middel. Tijdens het offerritueel van bijvoorbeeld de rode koe werd deze substantie ook gebruikt, samen met de as van de volledig verbrande koe (beeld van zonde) en levend (stromend) water (beeld van het Woord), als reiniging van een ieder die met de dood in aanraking was gekomen. En dan mogen we vanuit Hebreeën 9:13-14 weten: “Want indien het bloed van bokken en stieren en as van een rode koe, gesprenkeld op de besmette personen, heiligt tot de reinheid van het vlees, hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door de aionische geest Zichzelf smetteloos offert aan God, ons geweten reinigen van dode werken voor het aanbieden van goddelijk dienstbetoon aan de levende God?”
Tevens werd het vermalen lichaam van deze scharlaken worm gebruikt om een medicijn te maken dat helpt tegen hartkwalen. En de witte wol, waarin het lichaam na 3 dagen was veranderd, werd gebruikt om “shellac” te maken wat een uitstekend middel is voor het balsemen van lichamen en het conserveren van hout.
Is het niet schitterend welke parallellen deze vergelijking ook toont met de bekende passage in Jesaja 53:5 waar staat geschreven: “En Hij werd verwond vanwege onze overtredingen, verbrijzeld vanwege onze verdorvenheden. De tuchtiging voor ons welzijn was op Hem en door Zijn striemen is er voor ons genezing” ?

Een veelbetekenend detail is ook dat deze vrouwelijke scharlaken worm aan de aarde is gebonden, terwijl de mannelijke variant vleugels heeft en de lucht in kan vliegen! Een mooi beeld dat verwijst naar de volgende twee groepen die Christus toebehoren in Zijn aanwezigheid (1Korinthiërs 15:23):

- De Bruid van het Lammetje (vrouwelijk) => de gelovigen uit Israël die een roeping hebben op aarde om Gods veelkleurige wijsheid en genade te verkondigen aan alle natiën, waardoor de aarde vol zal zijn met de kennis van God;
- Het Lichaam van Christus (mannelijk) => de gelovigen uit de heidenen – in deze periode – die een roeping hebben in de hemelen (overal in het universum behalve de aarde) om Gods veelkleurige wijsheid en genade te verkondigen aan alle miljarden hemelingen.

Snap je nu o.a. waarom Jakob (= Israël) ook een worm genoemd werd? Dit slaat duidelijk op de heiligen uit Israël die voortkomen uit geloof, net zoals de larven die voortkomen uit de scharlaken worm en door haar ook beschermd worden! Zie daarvoor Jesaja 41:14 waar staat: “Wees niet bang, worm Jakob, stervenden van Israël. Ik Zelf help jou, verzekert JAHWEH. Want Die jou verlost is de Heilige van Israël.”

Onder verwijzing naar het begin van dit artikel: weet je nog dat er in Job 25:6 wordt gesproken over twee verschillende wormen? Nu snap je hopelijk ook dat de zoon van een mens, die vergeleken wordt met de scharlaken worm, verwijst naar Jezus Christus!

Dit kun je aan kleine kinderen vertellen en ze begrijpen het. Het geeft hen meteen een levendig beeld van de manier waarop Eén het leven kan geven zodat vele anderen zouden leven!

En al deze kostbare rijkdommen kunnen worden gevonden door ALLES in Gods Woord serieus te nemen, en er van uit te gaan dat geen enkel woord overbodig is. Sterker nog, elk woord is zevenmaal gezuiverd en zeer nauwkeurig gekozen.

Het is schitterend hoe Gods Woord twee specifieke wormen gebruikt om twee specifieke vergelijkingen te maken:

- de made waarmee de gevallen, goddeloze mens wordt vergeleken, en
- de scharlaken worm, waarmee de Zoon van de mensen, Jezus Christus, wordt vergeleken!

Laat dit voor ons wederom een prachtige les zijn over de genialiteit waarmee Gods Woord het ontzagwekkende evangelie van redding zelfs in een worm kan vervatten!

Bronnen:
“Scarlet Worm” – Alfred Ely Day
“The Crimson Worm” – Calvin Ray Evans
“The Theology of Worms” – John Weaver
“The Crimson or Scarlet Worm” – Lanny and Marilyn Johnson




© Peter Meye