Veel mensen kijken naar een plaatje van de tabernakel en denken dan: “De tabernakel, mooi!” De meesten zien niet meer dan een stuk grond, omheind en met daarop een tent. Maar er zit veel meer aan vast. Niet alleen is het een beeld van de hemel, waar God woont, zit heel Gods reddingsplan er in uitgebeeld, er zitten ook parallellen in de tabernakel en omgeving die verband houden met de aionen en Gods steeds toenemende onthulling van Zichzelf aan Zijn schepselen.
We zien hier een schilderij van de tabernakel, met daarboven de “Shekinah”, de rook- en vuurkolom die Gods aanwezigheid aanduidde. Onder de kolom zien we de tabernakel zelf, met “het heilige”(het voorste deel) en het “heilige der heiligen”, het deel waar de vuur- en rookkolom boven te zien is. Deze twee tentdelen staan voor aion 4 en 5, de nog komende aionen. Rondom de tent is de “hof”, binnen de omheining, en deze hof staat voor aion 3, de huidige aion. Buiten de omheining is “het kamp”, waar de Israëlieten woonden. Dit gebied staat voor aion 2. En tenslotte is er het gebied buiten het kamp, wat staat voor aion 1.
Van aion 1 weten we maar weinig, alleen dat hij liep van het oorspronkelijk begin en eindigde in een vloed die heel de toenmalige aarde bedekte. Dit was vóór de schepping van Adam.
We weten dus erg weinig, maar we mogen deze aion gelijk stellen aan de wereld buiten het kamp waarin de Israëlieten woonden. In die eerste aion heeft God Zich, voor zover wij weten, niet persoonlijk aan Zijn toenmalige schepselen geopenbaard, maar alleen in de natuur. “Want wat van Hem onzichtbaar is, wordt bespeurd uit de schepping van de wereld, wordt, naast Zijn onzichtbare kracht en goddelijkheid, verstaan door Zijn daden, zodat zij geen verdediging hebben”(Rom. 1:20;SW).
We zijn nu in “het kamp.” Deze aion loopt van de schepping van Adam tot aan de Vloed in de dagen van Noach. In deze aion toonde God Zich sporadisch. Hij wandelde met Adam in de Hof van Eden, was bevriend met Henoch en sprak met Noach. Hij begon Zich op die manier heel voorzichtig en in beperkte mate aan de mensheid te onthullen.
We zijn nu in “de hof” van het tabernakelcomplex. Deze aion loopt van de Vloed van Noach tot aan de wederkomst van Christus. In “de hof” maakt God grote stappen met het Zichzelf onthullen. Eerst komt Hij, via Abraham, Izaäk en Jakob, uit bij het volk Israel, dat Hem leert kennen in de redding uit Egypte, de wet van Mozes, Zijn bescherming tegen vijandige volken, de verovering van het land Kanaän, en via de tabernakel- en tempeldienst. Later in deze aion toonde God Zich in Zijn Beeld, in Zijn Zoon, Jezus Christus, Die Zich offerde ten behoeve van ons - zie het altaar. En tenslotte verbreedde Hij de kennis over Zichzelf door de uitroeping van de leden van het Lichaam van Christus, voor wie tot dan toe geheim gehouden zaken werden geopenbaard.
We zijn de tabernakel binnen gegaan en bevinden ons in het voorste deel, “het heilige.” Deze aion loopt van de wederkomst van Christus tot aan het vuurgericht aan het einde van de aion. Deze aion wordt ook wel het Millennium genoemd. In “het heilige” kwam God dichtbij door de dienst van de priesters, maar Hij bleef nog steeds verborgen achter een gordijn. In de 4e aion zal God verder onthuld worden door het Koningschap en Priesterschap van Zijn Zoon in het Millennium, en zal de kennis over Hem niet alleen tot Israel en het Lichaam van Christus beperkt zijn, maar aan heel de dan levende mensheid en het deel er van dat opgestaan is uit de dood.
We zijn in het “heilige der heiligen” aangekomen. Deze aion loopt van het vuurgericht aan het einde van het Millennium en de nieuwe schepping van hemel en aarde tot aan de Voleinding, wanneer het laatste schepsel aan Christus onderschikt zal zijn. In deze aion zal God Zich tonen in het nieuwe Jeruzalem - "en Hij zal bij hen zijn"(Openb. 21:3), op de nieuw geschapen aarde. De overledenen uit het verleden zijn nu opgestaan uit de dood en leren Hem kennen. Weer is de schaal waarop de mensheid God kent uitgebreid. Iedereen zal dan God kennen. Mogelijk zal dan ook gaan gebeuren wat de Heer al aankondigde op de Berg: “Blij zijn de zuiveren van hart, want zij zullen God zien.” (Matt. 5:8;SW). Totale kennis en bekendheid!
Zo zien we dat God in alles heel planmatig bezig is. Niets staat op zichzelf, alles is met elkaar verbonden.
"De alleen wijze God,
door Jezus Christus,
Hem zij de heerlijkheid
in de aionen.
Amen."
(Rom. 16:27;SW)